Begin achttiende eeuw wilde korenmolenaar Gerrit van Seters uit Geertruidenberg een ros-grutmolen oprichten in 't Veer (Raamsdonksveer), omdat de inwoners ver moesten reizen naar de wind- en rosmolen te Raamsdonk. De molenaar aldaar protesteerde wel, maar de nieuwe rosmolen kwam er toch. Gezien de capaciteit leverde hij maar weinig concurrentie op bij het breken en pletten van granen (onder andere boekweit en spelt).
Bron: "De molenaar en zijn windmolens in de Langstraat", Jan Rosendaal, in De Klopkei 1996-2 (tijdschrift van de Heemkundige Kring "De Erstelinghe", Waalwijk). Verzameling Henk van der Kaay.
-----
Raamdonksveer kreeg pas laat enige omvang. Eerst in 1890 kwam bij de gemeente een tweetal aanvragen binnen voor de bouw van een koren- en schorsmolen. Er was al wel een rosmolen in het dorp.
Bron: Nederlandse Molendatabase.
Het is niet zeker of de rosmolen uit begin 18e eeuw dezelfde is als die in het kadaster 1811-1832.