Op 11 april 1702 werden een "huis en hofjes en grutmolen" door Hendrick Weynck verkocht aan Hendrick Straelman.
Op 25 januari 1720 werd een "huis met hof en grutterie" door de kinderen van Hendr. Straelman en Maria van Gaelen verkocht aan Reind Reinders. Die nam een hypotheek, die in 1738 werd afgelost door Richart Teerinck.
Op 9 december 1728 werd "1/12 part aan huis, hof, grutmolen, waar uithangt De Gruyttemolen", door de erfgenamen van Willemken Wolsink verkocht aan Hendrick Beerninck, weduwnaar van Willemken Wolsinck (eigenaar 1/2).
13 oktober 1730: verkoop "huis met grutmolen, waar uithangt De Gruitmole", door Geesken in den Dam, weduwe Reint Reinders, aan Richard Teerink.