In 1827 kocht Van Rhijn in de Zijpe voor ƒ 1000 een afgedankte watermolen, en liet die door molenmaker Van der Zaal vlak naast de oude molen herbouwen op een stenen voet. Overbodige onderdelen werden doorverkocht aan de Polder Lisserbroek.
Op 20 oktober 1827 werden de molenstenen gelegd en het binnenwerk verder afgewerkt. Daarna werden onderdelen van de standerdmolen overgezet naar de nieuwe molen, zoals bovenwiel, roeden, as en windpeluw. Op 3 november was de molen gereed. In de week erna werd de oude standerdmolen gesloopt, de standerd bleek zeer slecht te zijn geweest.

In de nacht van 6 januari 1833 verbrandde de molen, hierna werd een hogere stellingmolen gebouwd met gebruik van een Zaanse molen.

Bron: Kroniek van de Lisser Timmerman en molenmaker Cornelis van der Zaal, 1762-1839, Bert Kölker, 2012.
-----

11-01-1833: Overijsselsche courant 
Saturdag nacht heeft te Lisse een hevige brand gewoed, zijnde de korenmolen van Van Rijn eene prooi der vlammen geworden. De oorzaak van dezen brand is tot hiertoe onbekend.

08-01-1833: Dordrechtsche Courant 
Heden nacht heeft te Lisse een hevige brand gewoed, zijnde de korenmolen van van Rijn eene prooi der vlammen geworden. De oorzaak van den brand is tot hiertoe onbekend.
Informatie van Jaap de Vries, 4 maart 2009.