Het grootste eiland dat in de later drooggemaakte Haarlemmermeer bij de banne Leimuiden hoorde, was Beinsdorp. Het lag niet ver ten oosten van Hillegom, daarvan gescheiden door de rivier de Vennep. Het werd verpacht als gras- en hooiland en riet- en ruigtgewas. Sinds 1470 was het door afspoelingen een eiland.
CONSENT VOOR 'T EIJLANDT VAN DE BENSDORP IN LEIJMUIJDEN
De Ghesamelice Ingelanden van 't Eylandt van de Vennep genaemt Bensdorp is nair (=na) voorgaende kerckgebodt, gedaen in de Kercke van Leymuiden, ende vermidts hem nyemandt geopposeert en hadde, geconsenteert te moghen maecken ende oprichten eene nyeuwe watermoelen, ter plaetzen dair die oude moeien gestaen heeft, omme alzoo van den watere verlicht te moghen werden, alle tot wederseggen
Actum den III Juny 1581
was getekend
By Warmont en Poelgeest, Hoogheemraden. Aangezien de molen in 1581 vervangen zou worden, werd het eiland dus al geruime tijd voordien bemalen. Het blijkt een van de oudste bemalen gebieden te zijn geweest van de hele omtrek! In de wintermaanden zal het eiland veelmaals dras gelegen of blank gestaan hebben. De molen werd slechts gesticht met de bedoeling, zoals een Leimuidense ingeland het omschreef: "..des te bequamelijcker de landen met sijne beesten te connen gebruycken ende de vruchten daaraf te halen...". Alleen in de wei- en hooitijd werd er gemalen. De landen waren slechts door minuscule kaadjes omgeven en de sloten afgedamd, dat was de hele waterkering.
Door afspoeling werd het eiland gedurende eeuwen steeds kleiner. Bij een controle in 1602 bleek er nog 66 morgen en 355 roeden land te zijn. De ingelanden hoefden geen omslag aan Rijnland af te dragen, omdat ze zelf hun handen vol hadden aan het behoud van hun land! Toen Stevijn van Broeckhuijsen in 1652 een kaart van het eiland maakte, bedroeg de oppervlakte nog maar 37 morgen en 350 roeden.
In 1645 stonden er nog twee huizen en het molentje, maar in 1676 werd gerapporteerd: '..dat van de twee huyskens die op het Eylandeken staen, het eene albereydts een geruymen tijdt was onbewoond ende seer bouvallich ende het andere nu mede (Soode Eygenaers verclaerden) stond verlaeten te worden, sulxs neymant conde worden gevonden, die op het voorschreven Landeken sijne verblijfplaets langer willen houden...." En zo bleef het eiland eenzaam en verlaten achter.
Nadat de Haarlemmermeer in 1852 droogviel, meldde de gemeente Leimuiden zich als eigenaar van de snel inklinkende bult veenpollen, en eiste ƒ 5000 schadevergoeding van de Commissie tot droogmaking van het Haarlemmermeer. Na enkele jaren gesteggel droeg de gemeente de restanten van het eiland gratis over in ruil voor een ontstluitingsweg bij het dorp Leimuiden.
Bronnen:
- Kaart Stevijn van Broeckhuijsen, 1652.
- Leimuiden en het eiland Beinsdorp en Over een molen op het eiland Beindsdorp, artikelen door Jan Lunenburg in Meer-Historie sept. 1987 blz. 10-14, dec. 1987 blz. 13-19, en maart 1988 blz. 15-17.