bouwjaar
verdwenen
geschiedenis
Anthony Maria Oomen stichtte in 1837 een ros-oliemolen op het landgoed Valkrust. Een jaar later bouwde hij een wind-oliemolen aan de overijde van de weg. Tegen de molen werd een molenaarswoning gebouwd.

In 1843 produceerde Oomen met vijf man 500 vaten olie, 70.000 koeken, 100.000 mud schors en 300 vaten patentolie, hij stopte toen met de productie van schors en breidde de olieproductie uit.

Rond 1846 bouwde Oomen een pakhuis tegen de molen, in 1848 een stoomoliemolen. Hierin werd tevens een kunstwolfabriek gestart, waarvoor Oomen begin 1850 vergunning kreeg. Op het terrein van Valkrust werd ook een lijmziederij begonnen.

Na sluiting van de lijmziederij en de oliemolen raakten de broers Oomen in financiële problemen. 14 mei 1856 werd de windmolen verkocht voor ƒ 9000. Koper was A.J. van Nouhuys, die de oliemolen in 1857 afbrak.
In De Bredasche Courant van 5 maart en 27 april 1865 werd de stoomschors- en verfmolen te koop aangeboden. Omstreeks 1880 werd de fabriek gesloten en daarna afgebroken.

Bron: Water- en windoliemolens in West-Brabant, Ton Meesters 2014, Vereniging "De Westbrabantse Molens".