Uit het kwartiernummer 147 van de jaren 1716-1775 komt de volgende informatie:
1716 tot en met 1738 Gerrit Baltus windmolen en huis
1739 tot en met 1746 Alberts Gerrits windmolen en huis
1747 tot en met 1770 Aaltje Jans windmolen en huis
1771 tot en met 1785 Cornelis Ennes molen, huis en woning leeg
Op woensdag 27 februari 1771 werd een helft van de molen openbaar geveild. De andere helft behoorde toen aan houthandelaar Pieter Freerks, wiens (waarschijnlijk) vader betrokken was bij zaagmolen De Hoop, Tenbruggencatenummer 06905 d.
Op 31 mei 1802 plaatste de toenmalige eigenaar van de "Zuider Rogmolen", L.R. Wentholt, een advertentie.
Op 18 december 1811 werd de molen verkocht aan Inne Innes Wijga. Zijn weduwe Atje Pieters Bot liet de molen van 12-26 maart 1845 publiek verkopen, hij werd aangekocht door D.J. Sluiter. Toen werd de molen een rogge- en weitmolen genoemd.
Vervolgens werd van 11-25 februari 1852 de molen uit de boedel van Sluiter verkocht aan Wijtze Hettes Hettema en Hette Wijtzes Hettema. Daarna werd de molen gesloopt en hier werd de (eveneens door hen overgenomen) bij de Kerkpoort afgebroken molen herbouwd.
Bron: "Molens in en om Harlingen een rijke historie", door Tj. Severein, 1990. En "Aanvullingen en correcties …" daarop, 2006 (informatie van P. Bruin). Verzameling H. van der Kaay.